Bizarre wedstrijd toch, zaterdagavond op de Bosuil! KSVO voetbalde in de eerste helft uiterst slim en met overleg. Enkel rond het eerste kwartier hadden onze Kanaries het wat moeilijk en incasseerden dan ook een tegendoelpunt na een aarzeling in de verdediging. Gelukkig voor geelzwart kon Viktor De Coker onmiddellijk gelijkstellen en sneed de roodwitten hiermee de adem af. Na een onhoudbare rush van Mathias Schamp – begonnen diep op de eigen helft – moest Karel De Smet een kleine maar professionele noodremovertreding begaan op onze TGV, wat hem meteen een tweede gele kaart opleverde. De Ex-Hammespeler mocht voortijdig gaan douchen. Eigenaardig, maar met een numerieke minderheid werd de thuisploeg na de rust de dominerende partij en was het KSVO dat eerder van slag leek. Open kansen leverde de druk van Antwerp niet op, wel een reeks hoekschoppen zonder gevolg. KSVO kwam dan opnieuw beter in zijn spel en het was opnieuw Schamp die na een geweldige rush voor de eerste tegenprik zorgde. Zijn voorzet naar Jesse Martens werd nog net onderschept door de laag uitvallende Segnier. In het slotkwartier vond de uitgekookte Stijn Meert Dempsey Vervaecke op rechts. Met een listig stiftballetje net naast de eerste paal, nam hij Segnier te grazen. Dempsey vierde iets te uitbundig en incasseerde een tweede gele kaart. De zege van KSVO kwam niet meer in gevaar, integendeel. Van Nieuwenhuyze vond in blessuretijd de vrijstaande Martens, die echter tegen de binnenkant van de paal trapte. Wij sprokkelden volgende reacties. Van Wijk en Leleu verschillen van mening. Trainer Leleu was natuurlijk tevreden met de driepunter, uitgerekend op het veld van de ploeg, waarmee hij 4 seizoen in eerste klasse aantrad.” Wij hadden het betere spel van het spel, zeker in de eerste helft”, begint Leleu zijn analyse. “Wij kenden ook de pijnpunten bij Antwerp en de eerste helft hebben wij die heel goed uitgespeeld. De rode kaart voor De Smet was daarvan een gevolg. Tegen tien hadden wij eerst niet genoeg geduld om kansen af te dwingen,” verklaart Leleu de terugval tegen 10 Antwerpenaren. “De tegenstander kwam daardoor meer opzetten na de rust, zodat er ook meer ruimte kwam. Uiteindelijk hebben wij daarvan gebruik kunnen maken voor de 1-2. Daarna was er weer druk, maar Antwerp kwam aan geen kansen meer”. Dennis Van Wijk, trainer van Antwerp had een andere mening op de persbabbel: “Ik ben ontgoocheld, ook in de analyse van de collega. Ook met tien waren we de beteren, ook in de tweede helft. Zeven hoekschoppen komen er niet zomaar. De eerste helft waren we jammer genoeg niet goed genoeg, al waren we wel de gevaarlijkste ploeg. Het scoren lukte ook vandaag niet vanzelf. Ik heb na de uitsluiting niet onmiddellijk ingegrepen, omdat dat ook niet nodig was. Het liep goed. Ik kan mijn spelers geen verwijten maken. Ze hebben met een groot hart gespeeld, hard gewerkt. Het gebrek aan kwaliteit speelt ons nu wellicht parten. Het blijft dus opletten voor deze club, want we maken te weinig vorderingen, als ploeg en individueel. Deze avond is een serieuze domper", aldus de ontgoochelde Nederlander. Bjorn Sengier (RAFC): “Pijnpunten blootgelegd” “Het is de laatste weken gewoon niet goed genoeg”, vindt doelman Bjorn Sengier. “Je kunt er bij een nederlaag altijd allerlei zaken bij sleuren, maar dat verdoezelt vaak het eigen falen. Uiteraard had het zaterdag anders kunnen lopen als De Smet die onterechte rode kaart niet krijgt. Maar dat zegt niet alles. Er werden opnieuw pijnpunten bloot gelegd die daar niets mee te maken hebben. Tegen Sint-Truiden speelden we onlangs zeer sterk en deed iedereen zijn taak. Tegen Oostende en Oudenaarde was dat niet het geval en dan zie je ook dat we niet de klasse hebben om dat te compenseren.” Ook het scorend vermogen van deze ploeg blijft een pijnpunt. “Mij hoor je niet beweren dat we geen versterking kunnen gebruiken voorin. Elke ploeg heeft graag een topschutter die er vijftien of twintig binnen trapt. Maar alles op de aanvallers afschuiven, is evenmin correct. We verliezen drie keer in vijf matchen. Maar zowel tegen Roeselare, Oostende als Oudenaarde komen we 1-0 voor. Dat moet je kunnen vasthouden. Als je voor de eindronde wil gaan, dan moet je al eens met het kleinste verschil winnen. Probleem bij ons is dat een doelpunt ons vaak aan het twijfelen brengt in plaats van vertrouwen te geven. Normaal gezien is een voorsprong een mentale opsteker, maar wij beginnen dan altijd dingen te doen die helemaal niet gevraagd worden en zo roep je het onheil over je heen.” Zo gaat het plots de verkeerde kant op voor The Great Old: “Vorige week stonden we nog gelijk met Oostende en Westerlo op de tweede plaats. Nu staan die ploegen zes punten voor ons. Zo snel kan het gaan. De punten die we tegen Roeselare en Oudenaarde te grabbel gooiden, wegen zwaar door. We moeten nu twee keer op verplaatsing, naar Woluwe en Aalst. Moeilijke matchen, maar vier op zes is nodig om met een goed gevoel de winterstop in te gaan. Ik denk dat we voorlopig beter niet naar de stand kijken,” beëindigt een ontgoochelde Segnier. Viktor De Coker (KSVO): “Voor zulke matchen doe je het!” Viktor De Coker, Peter van de precies 6 maanden geleden opgerichte supportersclub “The Yellow Vikings” kon zijn volgelingen geen mooier geschenk geven dan zijn eerste competitiedoelpunt in 2de klasse. Hij kreeg na het openingsdoelpunt een afvallende bal voor de voeten op de rand van de strafschopzone en aarzelde niet. Hij trapte met zijn linker in één tijd gekruist voorbij doelman Segnier. “Die snelle gelijkmaker was bijzonder belangrijk, want lang achtervolgen was lastig geweest, “vertelt een glunderende Vik. ”Door mijn vlugge gelijkmaker, kreeg Antwerp de mogelijkheid niet om te counteren. Hadden we lang moeten achtervolgen, zouden die tegenstoten er ongetwijfeld zijn gekomen. Het is natuurlijk leuk om te kunnen scoren en dat dit in het legendarische Bosuilstadion voor 5000 toeschouwers gebeurde, maakt het des te leuker, maar goals maken is niet echt mijn taak”, bekent De Coker. “Maar toch was die goal voor mij persoonlijk wel een ferme opsteker. Ik vond dat ik bij het doelpunt van Gombami niet helemaal vrijuit ging. Ik moet eerlijk toegeven dat ik de vorige speeldag tegen Eupen een bijzonder slechte wedstrijd speelde. Ik werd daar enkele keren fors in de rug gepakt en was daar enkele dagen niet goed van,” zegt de zelfkritische en leergierige Benjamin van de ploeg. “Dankzij dat doelpunt kan ik die mindere prestatie uit mijn hoofd zetten. In voetbal kreeg je gelukkig snel de kans om de knop om te draaien. Ondanks de numerieke minderheid trok Antwerp in de tweede helft aanvankelijk het laken naar zich toe, zonder uitgespeelde kansen. “We wisten dat het thuispubliek zijn ploeg zou vooruit stuwen en ons zou trakteren op een fluitconcert. Leleu had ons aan de rust gewaarschuwd dat Antwerp alles of niets zou spelen. Wij kregen wel mogelijkheden om tegen te stoten, maar de bal keerde altijd heel snel terug. De numerieke minderheid begon naar het einde toe dan wellicht door te wegen op de thuisploeg, waardoor we de kans kregen en grepen op die tweede goal,” analyseert De Coker de tweede helft. Een doelpunt vieren doe je best toch niet te uitbundig… Demspey Vervaecke, maker van het winnende doelpunt, vierde iets te uitbundig en kreeg zijn 2de geel. Bij het juichen trok hij ter hoogte van de Oudenaardse Spionkop zijn truitje over het hoofd. Scheidsrechter Verbiest volgde aandachtig de beweging van Vervaecke en moest consequent blijven, omdat hij in de eerste helft de op dezelfde manier vierende Gombami ook met geel bestrafte. De gele kaart voor Martens en de eerste voor Dempsey waren wel licht gegeven voor eerder onvrijwillig hands. Ook de eerste gele kaart voor Karel De Smet leek vrij licht, maar was eerder een gevolg op enkele eerdere forse overtredingen, die niet werden bestraft met geel. Mathieu De Jonckheere pakte zijn 5de gele kaart en is net zoals Vervaecke geschorst voor de match van komende zaterdag tegen Roeselare.