KSVO keerde zaterdagavond puntloos terug uit Tubeke. Het Leburtonstadion is een half afgewerkt stadion, van een ploeg die enkele jaren terug veel te snel doorstootte naar de top van het Belgische voetbal. Het beschikt over een prachtige eretribune en ook de zittribune voor de bezoekers achter één van de goals mag er zijn. De toegangswegen naar en de accommodatie rond het stadion laten echter te wensen over. De grasmat ligt er ook al bij als een veredelde akker en dat speelde zeker niet in het voordeel voor ploegen die op Tubeke over de grond willen combineren. De bal wordt steevast afgeremd in het droge en harde gras. KSVO vond in de aanvangsfase dan ook nauwelijks zijn draai en de thuisploeg domineerde onze Kanaries. Na amper 10 minuten nam KSVO echter het commando over en kreeg rond de 20ste minuut een dot van een kans, toen Jesse Martens de bal van een verdediger afsnoepte in de strafschopzone. Dempsey werd echter nipt afgeblokt en ook de rebound van De Jonckheere werd van de lijn gekeerd. Zulke kansen moet KSVO leren afmaken, want nauwelijks een minuut later lag de bal aan de overkant wel in het netje van Merlier. Balverlies bij KSVO en de ongedekte topschutter Onana kon rustig zijn hoek uitkiezen.
Trainer Leleu mist wat leepheid in de zone van de waarheid.
Trainer Leleu was dan ook ontgoocheld over de afloop van deze match, waar voor KSVO duidelijk veel meer inzat: “Wij waren zeker de evenknie van Tubeke op een slecht bespeelbaar terrein. Maar als je niet scoort, ondanks voldoende kansen, dan behoort een nederlaag tot mogelijkheden”, zegt Leleu. “Wij missen toch wel wat leepheid in onze ploeg,” vervolgt de trainer. “Niet zoals Tubeke dat een resem gele kaarten en zelfs één rode nodig had om ons af te stoppen en dan ook nog eens een eindeloos lange reeks tijdrekken neerzette. Neen, meer leepheid in de zestienmeter van de tegenstander. Dit is een groeiproces dat we nog steeds doormaken. Ik ben ervan overtuigd, dat we in de terugronde veel meer aan maturiteit zullen hebben gewonnen. Wij hebben tegenover Tubeke onze beperking op het gebied van trainingen, maar dat was niet te merken op het veld. Het is dan ook bijzonder jammer, dat we net als twee weken terug, de sprong in het klassement niet konden realiseren.”
Dieter De Wilde: “Jammer, er zat meer in…”
Winst of verlies: het maakt zeker voor KSVO een wereld van verschil uit in de rangschikking. Door die nederlaag zakt KSVO van plaats 8 naar plaats 12, terwijl het in geval van een overwinning zelfs top 5 zou zijn geweest. Dat vindt ook Dieter De Wilde: “We begonnen moeilijk aan de match, maar herpakten ons sterk. Het doelpunt van de thuisploeg viel dan ook uit de lucht, want kort daarvoor waren wij er heel dicht bij”, zegt De Wilde die zich ook ergerde aan het eindeloos tijdrekken van de thuisploeg. Na die tegentreffer had KSVO balbezit, maar toonde te weinig om aanspraak te kunnen maken op de gelijkmaker voor de rust. “Ook Lutte Van Nieuwenhuyze benadrukte aan de rust dat Tubeke zeker niet beter was dan ons en dat de kans er in zat op minstens een gelijkspel. We begonnen sterk aan de tweede helft, maar lieten ons vlug vangen aan een vrije trap die tot ieders verbazing in de kruising viel. Dat was toch wel een opdoffer.” Liard vergreep zich dan aan Jesse Martens en kreeg terecht rood. Leleu bracht met De Langhe in plaats van De Jonckheere een extra spits in. “Kansen hadden we genoeg,” vervolgt De Wilde. “Frutos knikte er één millimeters naast en in de slotfase volgde een echte belegering. Zo werd in één en dezelfde fase de bal drie keer van de lijn gekeerd. We moeten ontgoocheld zijn, want we hadden zaterdagavond minstens een punt kunnen veroveren,” aldus een ontgoochelde rechterflankverdediger. “Toch zijn 18 punten uit 14 matchen niet slecht,” vervolgt De Wilde. “Onze zege van vorige week tegen Boussu Dour krijgt extra waarde, want zij slaagden er in om leider Woluwé in het zand te doen bijten. Wij speelden al twee keer tegen de Brusselaars en zij lieten een bijzonder sterke indruk. Als we nu zaterdag tegen Eupen een punt kunnen pakken, zou dat niet slecht zijn. Voor Nieuwjaar bekampen we ook nog Antwerp uit en Roeselare en Westerlo in eigen huis. Dat zijn geen gemakkelijke opdrachten, maar misschien zijn dat ploegen die ons een beetje liggen,” besluit Dieter De Wilde.